In 2001 en 2002 is aangetoond dat hoge(re) belichtingsniveaus interessant kunnen zijn in de moderne chrysantenteelt. In dit onderzoek is daarom gekeken naar:
Uit het onderzoek blijkt dat de bladoppervlakte in de laatste vier weken van de teelt nauwelijks toeneemt. Door afsterving van het blad wordt zelfs een afname geconstateerd. De groeisnelheid blijkt in de laatste periode van de teelt af te nemen. Het effect van het verlagen van de lichtintensiteit is zichtbaar. De eerste twee weken na wijziging van de lichthoeveelheid is dit effect niet meetbaar in het versgewicht, maar wordt het verschil wel al zichtbaar bij de toename van het drooggewicht.
Na twee weken wordt het effect ook duidelijk bij het versgewicht. Het bleek dat het lichtniveau in beide teelten nog beperkend was en extra lichthoeveelheid voor een toename in groei zorgde. De twee rassen laten een duidelijk ander groeipatroon zien en reageren daardoor afwijkend op het lichtaanbod in de laatste fase van de teelt. Gezien de toename van het drogestofgehalte tijdens de teelt, lijkt er nog perspectief om het toegediende licht beter te benutten tijdens de teelt.
Projectnummer | 11316 |
---|---|
Startdatum | 01-07-02 |
Einddatum | 31-12-03 |
Afgerond | Ja |
Budget | €- |
Uitvoerder | PPO Glastuinbouw |
Document |